Connexi Podcast 50: Bart Claes (JBC) over mildheid

We waren allebei zeer emotioneel en hadden afgesproken dat we ons niet minderwaardig gingen voelen als het ons niet zou lukken. Als mens zijn we meer dan ondernemers.
— Bart Claes
Bart Claes JBC

Bij Bart Claes, CEO van JBC, geldt het principe ‘what you see is what you get’. Voor ons zit een harde werker, een doorzetter, een introvert persoon met beide benen op de grond. Na zijn studies Handelsingenieur werd hij uitgenodigd in het bedrijf van zijn vader Jean-Baptiste Claes, waarnaar JBC genoemd is. Samen met zijn vader en zus bouwde Claes de kledingwinkel en -webshop voor jonge gezinnen met kinderen uit tot een imperium. De voorbije jaren waren op zijn zachtst gezegd uitdagend: klanten springen voorzichtig om met hun geld, de kosten van hun verkooppunten nemen alsmaar toe en de loonindexering is niet mals. Maar Claes blijft strijdvaardig. Benieuwd naar zijn geheim?

Claes zet ‘gezond’ voorop: “Ik heb een ochtendritueel: ik neem een ijskoude douche van één minuut, ga een kwartier zwemmen en neem dan een ontbijt. Een gezonde geest in een gezond lichaam, dat vind ik belangrijk.” Maar het gaat verder dan een gezond lichaam. Hij vindt het ook enorm belangrijk om een gezonde relatie met zijn bedrijfspartner en zus Ann Claes te hebben. “Geen van ons twee wil de ander beheersen. Wij zijn volledig gelijkwaardig.” Het draait om de relatie beheren, niet beheersen. Dit zijn de drie kantelmomenten die hem gemaakt hebben tot de ondernemer die hij vandaag is:

1. Dan toch gekozen voor het familiebedrijf

Claes’ vader was een selfmade man. Voor hem was studeren dan ook niet belangrijk. Toch wilde Claes dat heel graag: “Eerst en vooral had ik talent om te studeren. Verder gaf het mij ook rust, omdat ik zo misschien wel een betere toekomst voor mezelf kon uitbouwen.” Toen de eindmeet in zicht kwam, was Claes zich nog aan het oriënteren; hij ging nog een jaar legerdienst tegemoet. “In het weekend voor mijn laatste twee examens wilde mijn vader eens gaan wandelen in het park. Ik dacht dat ik in de problemen zat (lacht), maar hij vroeg me of ik wou komen werken in het familiebedrijf. Dát moment was een kantelmoment: ik had zelf al mijn richting, business en marketing, bepaald door mijn studies op het moment dat mijn vader mij uitnodigde in het familiebedrijf.” Al vrij snel ging Claes in op het aanbod van zijn vader: enerzijds uit loyaliteit, anderzijds spotte hij ook groeikansen voor het bedrijf.

“In het weekend voor mijn laatste twee examens wilde mijn vader eens gaan wandelen in het park. Ik dacht dat ik in de problemen zat (lacht), maar hij vroeg me of ik wou komen werken in het familiebedrijf. Dát moment was een kantelmoment: ik had zelf al mijn richting, business en marketing, bepaald door mijn studies op het moment dat mijn vader mij uitnodigde in het familiebedrijf.”

De eerste jaren werd zijn geduld op de proef gesteld: “Ik ben onderaan de ladder begonnen, op de winkelvloer. Ik weet nog goed dat we een studentenreünie hadden in Leuven, waar iedereen aan elkaar vroeg waar ze werkten en wat ze deden. Als ik dan vertelde dat ik in de winkel werkte van het familiebedrijf, dan waren er een aantal mensen die vreemd opkeken. Die dachten waarschijnlijk: moet je daarvoor gestudeerd hebben?” Achteraf gezien was dat een cadeau: “Ik heb het bedrijf van de grond af leren kennen. Door alle onderdelen van je bedrijf aan den lijve te ondervinden ken je je eigen bedrijf door en door. Ik ben blij dat het zo gegaan is, want eigenlijk is dat niet meer dan normaal.”

2. De jarenlange overdracht van zijn vader

“Ik begrijp ook dat het moeilijk is om het stuur uit handen te geven: je geeft een aantal keer per jaar je mening op een raad van bestuur, terwijl anderen elke dag aan het stuur staan. Ik heb het daar zelf ook moeilijk mee, eerlijk gezegd.”

Na achttien jaar begonnen er meningsverschillen boven te drijven: Claes en zijn zus hielden er namelijk een andere visie op na. “Onze drie externe bestuurders spraken mijn vader hierop aan. Volgens hem kan er maar één haan op de mesthoop zitten. Daarom besloot hij om uit het operationele te stappen en in de raad van bestuur te blijven.” Toch kon hij ‘zijn baby’ moeilijk loslaten; hij kwam nog elke dag naar kantoor. “Ik begrijp ook dat het moeilijk is om het stuur uit handen te geven: je geeft een aantal keer per jaar je mening op een raad van bestuur, terwijl anderen elke dag aan het stuur staan. Ik heb het daar zelf ook moeilijk mee, eerlijk gezegd.” Na vijf jaar heeft z’n vader ook formeel afscheid genomen van de raad van bestuur, meteen ook Claes’ tweede kantelmoment.

“In 2004 heeft m’n vader mij officieel benoemd als zijn opvolger, als CEO, want ‘er kan maar één haan op de mesthoop zitten’. Maar ik wilde die rol liever delen met mijn zus. Sinds het vertrek van mijn vader hebben we onze samenwerking veel meer vorm kunnen geven.” Volgens Claes was de periode van 2009 tot 2015 de sterkste periode die ze ooit hebben gehad. De kracht van hun samenwerking zit ‘m in het elkaar gunnen van succes: “Als het goed gaat, dan gunnen we de ander 51% van de eer. Als het moeilijk gaat, dan pakken we 51% van de verantwoordelijkheid.” Een onderschatte succesfactor dus!

3. Mildheid als kernwaarde

In 2018 hadden Claes en z’n zus een dieptepunt bereikt: “We hadden twee moeilijke jaren achter de rug en wisten niet zeker of het ons ging lukken om eruit te komen, om het tij te keren. Tijdens één van onze wekelijkse overlegmomenten waren we allebei zeer emotioneel en hadden afgesproken dat we ons niet minderwaardig gingen voelen als het ons niet zou lukken. Als mens zijn we meer dan ondernemers. We wilden vooral mild zijn naar onszelf toe, want we voelden een enorme verantwoordelijkheid naar elkaar, onze medewerkers, onze vader en volgende generaties toe.” Ze wilden elkaar vooral geen verwijten maken als het dan toch anders had uitgedraaid.

“We wilden vooral mild zijn naar onszelf toe, want we voelden een enorme verantwoordelijkheid naar elkaar, onze medewerkers, onze vader en volgende generaties toe.”

Maar we horen ook een zekere mate van strijdvaardigheid: “We gingen er uiteraard alles aan doen, het onderste uit de kan halen om het recht te trekken. Als het dan niet zou lukken, dan ging het wel rechtopstaand zijn met de vlag in de hand.” Zo’n zwaar, emotioneel moment hebben de twee sindsdien niet meer gehad, omdat ze nu weten dat de ander er altijd zal zijn bij moeilijk momenten. Met die gedachte slaan ze zich voortaan door alle ‘stormen’ heen. “Als ondernemer blijf je optimistisch en dat wenkend perspectief zien.”

Tot slot geeft Claes nog enkele wijze woorden mee aan collega-ondernemers: “Ik ben een geweldige fan van familiebedrijven. De welvaart die voortgebracht wordt door familiebedrijven, wordt volgens mij nog steeds onderschat. Ze hebben een ongelooflijke kracht en dynamiek, dus ik zou alle familiebedrijven willen oproepen om zo lang mogelijk te blijven bestaan en om veel tijd te blijven vrijmaken voor het verder ontwikkelen van die familiale relaties. En dan heb ik het niet alleen over het formele aspect van het familiecharter, de afspraken van de raad van bestuur …, maar ook hoe je met elkaar omgaat. Het gunnen van het zonlicht aan elkaar en het nemen van verantwoordelijkheid binnen de samenwerking. Dat komt het familiebedrijf alleen maar ten goede. Je bent als het ware een schoolvoorbeeld voor je medewerkers, want die nemen je gedrag over. Pas op, ik ben ook niet onfeilbaar en leer nog elke dag bij.”

 

Benieuwd naar het hele verhaal van Bart Claes? Beluister hieronder de podcast:

Vorige
Vorige

Connexi Podcast 51: Pieter Janssens (iO) over bouwen

Volgende
Volgende

Connexi Podcast 49: Lorenz Bogaert (StarApps) over pivoteren